Sinds ik limonade maak, kom ik ze overal tegen. Limonades. Letterlijke bedoel ik dan. Op borden bij cafés zie ik limonades aangeprezen worden en in winkels valt mijn oog op mooie flessen limonade waar vaak ook nog zijdelings citroenen bij betrokken zijn. Niet gek natuurlijk, wat je aandacht geeft, groeit, daar gaat het hele –niet letterlijke- limonade maken natuurlijk om, maar toch.
Vorige week zag ik in Zwolle prachtige flessen citroenlimonade.
Bekentenis: ik houd niet van citroenlimonade. Logisch als je ook niet van citroenen houdt. Maar deze fles was zo mooi. Ik werd de winkel ingezogen en die bleek helemaal vol te staan met mooie interessante flessen. Zelfs Hooghoudt –die van de jenever- bleek een citroenlimonade in het assortiment te hebben. Ik liep door de winkel zoals ik door een slijterij loop, verlekkerd om me heen kijkend, zin om van alles meteen een borrelglas vol te schenken. En dan met mijn pantoffels aan op de bank, kat op schoot.
De vriendelijke dame van Het Hanze Huis liet ons de limoenlimonade proeven en vertelde dat ze alleen producten in de winkel verkoopt van familiebedrijven in Hanzesteden, die al sinds 1800 kwaliteitsproducten fabriceren. Leuk concept, toch? Maar uiteindelijk ben ik zonder citroenlimonade de deur uit gegaan. (maar mét viooltjessiroop, want daar was ik een tijdje geleden naar op zoek, weet je nog?)
Nou ja, een lange inleiding om uit te leggen waarom ik vandaag citroenlimonade ben gaan maken. Ik was gewoon geïnspireerd geraakt door die mooie winkel met al die mooie flessen. En ik dacht: als dat er allemaal zo mooi uitziet en citroenlimonade van zoveel verschillende merken op de markt is, dan kan het toch eigenlijk niet zo vies zijn als ik denk dat het is. Dus ben ik zelf aan de slag gegaan.
Ik had te weinig voor een literfles en teveel voor een flesje van 250 ml. Dus nu heb ik 250 ml citroenlimoensiroop en de rest heb ik met munt en water in de grote fles gegoten als kant-en-klare limonade. En guess what: ‘t is hartstikke lekker!